nuttige handwerken 5. elementair breien ( 10st breed, 60cm recht)

Het telefoontje kwam onverwacht, zoals dit soort telefoontjes plegen te doen. Ze was in de war, mijn lieve breimevrouw. Gevallen, en hard ook. Haar hoofd tegen de wastafel, overal bloed. Een reeks hechtingen om de winkelhaak weer vast te naaien, een haarkrul erover en dat ging wel weer. Lastiger was de schouder, oud en broos in het krakende tachtigpluslijf. Die was uit de kom, deed pijn en bezorgde ongemak. En de chirurg heeft wel twee maanden nodig om zover te komen dat de schouder operatief weer in de kom gezet kan worden. Haar grootste frustratie: hoe nu te breien? Het mocht niet, maar ze wilde wel!

Ik toog erheen en we keken samen naar wat er wèl kon. Want zo’n dokter bedoelt het goed met zijn instructies, maar als er geknabbeld wordt aan het weinig overgebleven levensgeluk, dan moeten we slim zijn. En ongehoorzaam. Ik was degene die nog even aarzelde. Kon ze dat wel, ongehoorzaam zijn? In termen van vroeger hoort ze immers bepaald bij een andere zuil dan ik, als belevend lid van een vrijgemaakt gereformeerde gemeente. Maar dat bleek gelukkig geen punt. Ze kon zich niet voorstellen dat er een God bestaat die haar haar fijne uren met haar breipennen zou ontzeggen.

2014 Belvezet najaar 065 2014 Belvezet najaar 064

Inmiddels had ik mezelf via Boekwinkeltjes punt nl ook twee exemplaren van Nuttige Handwerken aangeschaft. Het ging niet op om ze slechts te lenen en terug te geven. Deze brug naar veel herinneringen en een stuk familiegeschiedenis wil ik zelf in de kast hebben staan. Daar staan ze nu op de plank, ‘Nuttige handwerken’ van Lang en Overdijkink uit 1955  en ‘Nuttige handwerken’ van Van Heijst, VIerstra- van de Weerd en Briedé  uit 1965. De methodes beginnen met  het vormen van een bolletje,het leren opzetten en afkanten van een breiwerkje, het breien van rechte steken en het breien van een eerste werkje. De ene met een inktlap, de ander met een naaldenboekje. Men rept in 1955 over ‘nieuwere inzichten omtrent opvoeding en didactiek’ (blz.5) wat heel grappig is als je zelf in het onderwijs werkte, want die nieuwe inzichten zijn een chronisch verschijnsel.

2014 Belvezet najaar 068

Het leuke van de uitgave van 1955 (een herziene uitgave uit ’47) is, dat er een aantal kleurige prenten in staan van brave kindertjes die spelen, naar bed gaan of op school zitten in het nuttig gehandwerkte: speelschortjes, ondergoed en pyjama. Het zijn kinderen die ik herken uit oude platen uit de jeugd van mijn moeder en tantes in de jaren ’30 en ’40, niet uit de jonge jaren van mijn zusje en mij in de jaren ’60. Zij hadden immers grote strikken op het hoofd als ze netjes voor de dag moesten komen. Zij droegen speelschortjes, omdat de wasch op waschdag met de hand gedaan werd en je zuinig was op je goeie goed. Onze moeder maakte de ongelofelijke luxe van een wasmachien mee, die al redelijk vlot in haar getrouwde bestaan zijn intree deed. Nog niet volautomatisch, maar wel een grote aanwinst. Maar dat terzijde.

Daarna komt een item aan bod, waar we mogelijkheden in zien: de speldenrol. Het is elementair breien: een steek of 10 breed en dan gewoon een eind recht breien. Een stukje gereedschap, zo simpel dat je het zelf haast niet verzinnen kunt en toch in al zijn eenvoud reuze doeltreffend. Zo hoort gereedschap te zijn. Het is geen klassiek speldenkussen, waarbij het  kussenmodel het uitgangspunt was: plat, vierkant/ rechthoekig en opgevuld. Maar een opgerold stukje breiwerk. We zien al snel, dat dit heel smal mag zijn en dus de schouders niet hoeven te bewegen. Met een steek of 8, soms 12 of 15 op de pen bewegen alleen polsen en handen. Proberen dan maar?

2014 Belvezet najaar 063 2014 Belvezet najaar 066

Al tijdens het breien van het eerste exemplaar ging de telefoon: dit gaat goed, dit kan ik, het doet geen pijn en het is leuk! Hoera dus. En het breien werd spelen, met restjes wol en alpaca. Met knoopjes en borduurgaren daarna, bij het in elkaar zetten van de speldenrollen.

2014 Belvezet najaar 056 2014 Belvezet najaar 055 links: gebreid van met de hand gesponnen Texelaar op dikke pennen, alle pennen recht. Daarna versierd met zwart linnen borduurgaren en kleine kralen. Rechts: gebreid met dezelfde wol, maar samen met een draad fantasiegaren. Opgerold en vastgezet. Spelden en naalden prikken goed in dit materiaal en ze zijn lekker groot, voor een project  waarbij je veel spelden gebruikt.

2014 Belvezet najaar 0522014 Belvezet najaar 053

Links: in tricotsteek gebreid met fijne naturel wol, daarna vastgenaaid en versierd met een draad alpaca van de middelste rol. En een knoopje. Midden: een fijne draad met de hand geverfde (space dye) alpaca, met effen gele steekjes borduurzijde vastgezet. Rechts: gebreid met een dikke merinowol, space dye, vastgezet en versierd met borduursteken in dezelfde wol en wat kraaltjes, een groen lintje.

We hadden genoeg uitgeprobeerd. En ondertussen opnieuw ervaren, hoe leuk het is om een poosje op een thema door te borduren. Niet één rol maken, maar gewoon een paar. Niet omdat je er zoveel nodig hebt, maar omdat het leuk is om te kijken hoe een rol wordt als ‘ie langer, korter, dikker of dunner is. Met dunne alpaca of hand gesponnen wol. Effen of in kleur. Toen we tevreden waren en klaar met experimenteren, kon er een punt gezet achter de speldenrollen:. Op naar een volgend brei-avontuur!

 

2014 Belvezet najaar 051

 

 

 

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>