In balans komen, zijn en blijven: voor veel mensen is het een klus. Het moderne bestaan vraagt veel, het is jachtig en druk. De hoeveelheid te verwerken informatie is groot en van de talloze bordjes die in de lucht gehouden worden breekt er wel eens een.
Een dierbaar mens doet dat in balans komen door af en toe met zijn boot het water op te gaan. In het zeilseizoen met een fokkenist aan zijn zij, die doet wat hij zegt en het liefst ook wat eigen inbreng heeft aangaande het spel van wind en water en concurrenten voor een te behalen prijs. Er zijn nogal wat gelegenheden voor de zeilende mens om al wedstrijden zeilend het dagelijks bestaan af te reageren, te verwerken en achter zich te laten. En ook om gewoon op eigen wijze plezier te maken. Hier in het noorden van het land zijn er zoal de Sneekweek, Schildweek, kleine Sneekweek, Giesbeekseplasbeker, Amstelmeerwedstrijden, Zuidlaardermeer-, Zandgat- en Pikmeertrofee. En natuurlijk de oliebollenwedstrijden in november en de Oranje Regatta eind april. Is hij tijdens het seizoen niet op kantoor of op reis, dan vind je hem daar. En daar haalt hij dan met wat geluk en veel kunde vlaggen, wimpels, bekers, oorkonden, theelepels, memorysticks, serviesgoed, sierborden en wat dies meer zij op om huis en haard mee op te leuken. Het is het soort zeilen waar de strevende mens naar uitziet: ongeacht de weersomstandigheden je beste vrienden de loef afsteken, willen winnen ondanks of juist dankzij alles wat je in huis hebt.
Zo af en toe is er tijd en ruimte, zin ook, in een ander soort het water op gaan. Dan wacht hij tot het stil is, de gekte gestorven, de testosteron geluwd en het water weer de ruimte is van vogels, vissen, wolken, wind en lucht. In zo’n geval ga ik graag mee, want hiervoor ben ik best geschikt. Niet voor de wedstrijden, die geven me hartkloppingen en mijn lijf houdt er niet van. Ik stap op met koffie en bekers in een tas. Of een fles wijn en glazen. Dat doe ik alleen als het niet hard waait, want juist dan is het ontspannen aan boord. Op zo’n boot die ook voor wedstrijden wordt gebruikt is een veelheid aan palletjes, kabels, draden, harde ijzeren uitsteeksels voor specifieke vernuftige zeiltechnische toepassingen aanwezig, die de blote huid of je kleding eng kunnen openhalen. Meestal gaat hond Samuel ook mee, met zijn eigen zwemvest aan, waar hij trots op is. Hij vindt dat reuze gezellig en kijkt actief in het rond, zoals hij ook in de auto goed de route in de gaten houdt en de rest van het verkeer. Ik hou van de rust van de late middag of vroege avond, als vogels laag vliegend nog een blokje omgaan. Als de kleuren in de lucht steeds minder hel worden, maar bijna opgaan in het water en een veelheid aan tinten blauw, grijs, bruin, soms roze en lila en geel laten zien. Er valt veel te kijken dan, en te zien.
In dat in elkaar opgaan van water en lucht zeilen we dan, hij en ik. We praten niet zoveel. Wat voor ons eigenlijk ongewoon is. En ik zie wat ik zo graag zie. Dat hij kan voelen zoals niet veel mensen dat kunnen, het draaien van de wind en de diepte van het water. Hij beweegt aan boord alsof die houten planken een verlengstuk van zijn lijf zijn, zo harmonisch en vanzelfsprekend. En al zeilend, kijkend en voelend komt alles wat hij eerder meemaakte in balans met wat hij daarbij dacht en voelde. Er ontstaat ruimte in hem, zo ruim als de lucht en zo diep als het water. Af en toe vergist hij zich nog, als er een fuut langszij komt bijvoorbeeld. Dan steekt de wedstrijdmodus op en moet het arme beest verliezen van een slim uitgevoerde manoeuvre, waardoor wij sneller ergens zijn dan zij. Gelukkig weet fuut er niet van en luwt dit gedrag ook weer in de algehele rust van het geheel.
Voor hem maakte ik een doek, omdat die balans soms zo lastig te vinden is. Het kan hem op goede momenten misschien herinneren aan hoe het ook kan zijn, en aan waar zijn energie een bron vindt. Het werd een doek van gevilte wol, ruwe en geverfde zijde, papier van zijde en textielverf. Het vertegenwoordigt de levenselementen in zich, zoals eerder het voorouderdoek: water voor het vilten, wol groeit op aarde, zijdevlinders vliegen in lucht, vuur maakt zeep van olie en hout, de boot is van hout en ik stopte energie/ vuur in het maken. Zo is het goed.
Ik was er jaren geleden al eens aan begonnen, met een gedicht van Willem Hussem in gedachten:
Zet het blauw
van de zee
tegen het
blauw van de
hemel veeg
er het wit
van een zeil
in en de
wind steekt op.
Wat toen niet lukte, legde en schilderde ik nu bijna als vanzelf. Het is bijzonder om te ervaren hoe je ook kunt groeien door het doen van hele andere dingen. Het doek meet 55 bij 100 cm en laat zien hoe hij tegen de schemering, in de vroege avond, de lucht in bedwang houdt en zo vooruit gaat. Hij vangt de wind in zijn zeilen en vindt al deinend en waaiend een nieuw evenwicht. Er zijn weinig figuratieve elementen in dit spel van water, boot en wind. Het zeil van zijdepapier is een met de lucht, de boot die ik in de juiste kleur verfde met door hem uit China voor mij meegenomen thee gaat op in het water. Een knappe kijker herkent misschien een element op de wal of aan de horizon van het Paterswoldse meer?
Het was een grappige ervaring,toen ik tijdens het maken bezoek kreeg. Het overviel me een weinig, want mijn atelier is een beetje heilig als ik ergens aan werk en maar weinig mensen weten er door te dringen. Maar goed, hij keek over mijn schouder mee keek ontdekte ook andere betekenisvolle elementen. Ik keek hem verrast aan. De spontane herkenning van iets waarvan je niet wist, dat je het erin gestopt had, is een bijzonder moment. Zou het dan kunst zijn, waarin je gelaagdheid en betekenis kan vinden? Het maakt mij niks meer uit. Ik hoop vooral dat dit met liefde gemaakte doek een mooie plek vindt en dat hij, als hij kijkt, voelt hoe gelukkig het maken ervan mij maakte. En dat de energie van het maken, die er ook in zit, hem rust en nieuwe moed geven kan.
Agnes, december 2014.